Uilengeluk!
We weten natuurlijk al lang dat de natuur zo haar eigen wegen kent. Het was een onaangename verrassing toen we bij thuiskomst van vakantie moesten constateren dat de derde broedpoging van ons steenuiltje opnieuw op niets is uitgelopen. Bij controle waren er van de drie nog twee eitjes over in de nestkast. Ijskoud, niet meer bebroed en de vrouw zat ernaast. Waar het derde ei is gebleven, waarom zij is gestopt...we hebben geen idee. En troosten ons met het gegeven dat in naburige dorpen een aantal broedsels wel succesvol is geweest. En met een prachtig kwartet boerenzwaluwtjes dat al is uitgevlogen maar nog wel naast of in het nest in de geitenstal overnacht!
En toen wachtte ons nog een enorme verrassing: laat de kerkuilvrouw zich nou zomaar van de ene op de andere dag weer bij onze man gevoegd hebben! En binnen een paar dagen had ze ook al haar eerste ei gelegd. En nu, zo'n anderhalve week later liggen er al zeven eieren waar ze als een theemuts overheen zit. En druk mee in de weer is. Om te zorgen dat die gelijkmatig worden verwarmd rolt ze ze met haar snavel steeds in een andere positie.
De kerkuiltjes die hier in 2009 werden geboren hebben we pas gezien toen ze werden geringd. Nu kunnen we, dankzij de camera, vanaf het leggen van het eerste ei zien wat zich afspeelt in de kist. En dat is, kort gezegd: uilengeluk. De intensiteit waarmee de twee elkaar vele malen per dag bemoederen en de veertjes glad strijken, de geluidjes die de vrouw maakt om hem te lokken als hij buiten de kast is, de vanzelfsprekendheid waarmee hij haar muizen brengt....En dagelijks wordt er ook nog gepaard.
Zou alles volgens de natuurlijke 'regels' gaan dan zou zo rond 29 juli het eerste uiltje uit het ei kunnen komen. Maar we hebben geleerd ons niet volledig te verlaten op die natuur. Dus we wachten met spanning af en proberen het hoofd koel te houden. En genieten doen we toch wel. We hebben onze vogels dankzij de camera zo goed leren kennen dat we meer dan ooit betrokken zijn bij hetgeen zich hoog boven in de schuur voltrekt. Ik noem het maar: bewonersgeluk!